Over een vlindervriendelijke tuin valt ontzettend veel te zeggen. Met de juiste planten in de tuin kun je namelijk een heus vlinderparadijs dichtbij huis creëren. Gelukkig is hier steeds meer aandacht voor. Zo liep ik afgelopen week bij een groot tuincentrum bij ons in de buurt en daar zag ik dat ze zelfs een complete hoek met planten speciaal voor vlinders hebben staan. Met een duidelijk bord boven het aanbod wordt het de klant makkelijk gemaakt om de juiste plant te kiezen. Een mooie ontwikkeling als je het mij vraagt. Omdat ik niet over alle vlindersoorten en vlindervriendelijke planten in één blog kan schrijven, beperk ik mij nu tot het beschrijven van de 6 vlinders die ik in april in onze tuin gespot heb en van welke planten deze vlinders houden.

Dagpauwoog

Deze schitterende vlinder was er dit jaar al vroeg bij. Ik zag deze kleurrijke verschijning namelijk al in februari in onze tuin fladderen. Dat de dagpauwoog al zo vroeg in het jaar waar te nemen is, komt omdat hij overwintert als vlinder op een donkere, koele en beschutte plek, het liefst in een boom of gebouw. Op de eerste zonnige voorjaarsdagen komen de eerste vlinders weer te voorschijn. Zo vroeg in het jaar begint de zoektocht naar nectar van onder andere sleedoorn, klein hoefblad en paardenbloem. In het najaar zijn geschikte nectarplanten bijvoorbeeld koninginnenkruid, akkerdistel en vlinderstruik.
De dagpauwoog is afhankelijk van de grote brandnetel. Zo’n plant waar de vlinder afhankelijk van is om zich voort te kunnen planten, noemt met een waardplant. Hier legt ze haar eitjes en worden de rupsen geboren. De rupsen eten tot de verpopping van deze stikstofrijke plant. De verpopping gebeurt meestal op de brandnetel, maar kan ook in heggen of struiken in de buurt van de deze waardplant gebeuren. Uiteindelijk komt uit de pop de prachtig gekleurde dagpauwoog tevoorschijn.
De vlinder komt vooral voor in ruige graslanden, bloemrijke randen van bos- en heidegebieden, dijken, parken en tuinen.
Wij hebben in onze tuin geen brandnetels staan, maar in het park vlakbij ons huis en langs de weilanden in de buurt is deze plant wel volop te vinden. De dagpauwoog komt dus in onze tuin echt om nectar te halen. Afgelopen zomer hadden we er ontzettend veel in de tuin. Meer dan de jaren voorheen en dat heeft alles te maken met het aantal bloemen dat in onze tuin te vinden was afgelopen jaar. Ons bloemenparadijs werd daardoor ook een vlinderparadijs!

Citroenvlinder

Nog zo’n vlinder die al vroeg in het jaar te spotten is. Door de opvallend gele kleur valt de citroenvlinder extra op in de veelal nog kale tuinen. De eerste zag ik ook eind februari en in maart zag ik er steeds meer rond dwarrelen. Vaak met z’n tweeën, maar soms zelf met drie vlinders in een groepje. Op dit moment zie ik er af en toe één of twee fladderen, maar wel minder vaak dan in maart.
Ook deze vlinder overwintert en doet dat het liefst in struikgewas of dichte graspollen.
De waardplanten van de citroenvlinder zijn sporkehout en wegedoorn; vooral jonge struiken op open zonnige plaatsen.
De eerste vlinders komen in juli uit de pop. De vlinders fladderen overal heen, maar zijn vooral te vinden op plaatsen waar veel planten met nectar groeien. Ze worden vooral aangetroffen op koninginnenkruid, vlinderstruik en grote kattenstaart.

Oranjetipje

Mijn eerste oranjetipje van dit jaar zag ik niet bij ons in de tuin, maar kwam ik tegen tijdens een wandeling langs de Regge. In een veld vol bloeiers zag ik een aantal mannetjes van deze vlinder fladderen. Afgelopen week trof ik een vrouwtje aan in onze tuin.
Het is niet zo vreemd dat ik de mannetjes juist bij dat veld vol bloemen zag fladderen, want één van de waardplanten van deze vlinder is de pinksterbloem. De pinksterbloem stond (en staat nog steeds) volop in bloei.
Het vrouwtje van het oranjetipje trof ik in de tuin op de bloemen van veldkers aan. Ik ben opzoek gegaan naar informatie en kwam erachter dat ook veldkers één van de waardplanten is van de ze vlinder. Interessant om te weten, want eerlijk gezegd ben ik nog weleens geneigd om dit plantje uit de grond te halen. Vanaf nu laat ik ze op bepaalde plekken zeker staan.
De vlinders gebruiken met name pinksterbloem en look zonder look als nectarbron.
Zoals de naam ook al wel doet vermoeden heeft deze vlinder oranje vlekken aan het uiteinde van de vleugels. Deze oranje kleur tref je echter alleen bij de mannetjes aan. Het vrouwtje heet weliswaar ook oranjetipje, maar mist de oranje kleur op haar vleugels. Ter verduidelijking heb ik twee foto’s van deze vlinder toegevoegd. Helaas heb ik ze niet met gespreide vleugels kunnen vastleggen, maar alsnog is het verschil tussen het vrouwtje en mannetje wel zichtbaar.

Klein geaderd witje

Afgelopen week zag ik deze vlinder in onze tuin vliegen. Helaas heb ik het niet kunnen vastleggen, want deze kleine vlinder was me duidelijk te snel af. Deze vlinder overwintert trouwens niet als vlinder, zoals de dagpauwoog en citroenvlinder wel doen. Het klein geaderd witje overwintert als pop en is vanaf begin april als vlinder te spotten.
De waardplanten van deze vlinder zijn vrijwel gelijk aan die van het oranjetipje, namelijk look-zonder-look en pinksterbloem en andere kruisbloemigen. Het vindt het klein geaderd witje deze planten in halfbeschaduwde en vochtige milieus.
Deze vlinder leeft vooral in vochtige terreinen zoals moerassen, hooilanden en langs bosranden, maar ook in graslanden, tuinen, parken en op de heidevelden.

Atalanta

Twee weken geleden zag ik de atalanta voor het eerst dit jaar in onze tuin. Ik vind het altijd extra bijzonder om deze vlinder in april weer aan te treffen, want deze trekvlinder heeft dan pas een grote trektocht vanuit Zuid-Europa naar Nederland gemaakt. In november vertrekt de nieuwe generatie weer naar het warme zuiden om daar te overwinteren. Veel van deze jonge vlinders zullen de trektocht echter niet overleven.
Ook deze vlinder is, net als de dagpauwoog, afhankelijk van de grote brandnetel. Soms legt ze haar eitjes ook weleens op de kleine brandnetel.
De atalanta zoekt nectar in bijvoorbeeld koninginnenkruid, klimop, distels en vlinderstruik. Ze komen echter ook wel af op rottend fruit of op sappen van bloedende bomen. Als het maar lekker zoet is!
Je kunt de atalanta vrijwel overal tegenkomen, maar het meest op plaatsen met veel nectarrijke planten. In onze tuin zie ik ze vooral veel op de vlinderstruiken, de zinnia’s en de enkelbloemige dahlia’s zitten.

Boomblauwtje

Deze vlinder zie ik niet zo vaak in onze tuin, maar ook nu in april heb ik er weer eentje gespot. Dit prachtig blauwe vlindertjes met de gerafelde randen langs de vleugels is echt één van mijn favoriete vlinders. Mooi door de eenvoud!
Deze vlinder is al vanaf eind maart te spotten en heeft dan net de winter overleefd als pop. Het beestje fladdert meestal vrij hoog in de toppen van bomen en struiken, maar is ook weleens lager te zien. Zo komt de vlinder graag even bij een plas wat drinken of strijkt hij neer bij uitwerpselen.
De keuze van de waardplant is verschillend tussen de verschillende generaties. De eitjes worden namelijk afgezet bij de bloemknoppen of de jonge vruchten. In het voorjaar zal dat vooral op sporkehout en hulst zijn, in de zomer met name op klimop, vlinderstruik, struikhei en grote kattenstaart.
Je zult het boomblauwtje het meest tegenkomen in struiklagen in bossen, tuinen, parken en in het agrarisch gebied.

Nu ik heb beschreven welke vlinders ik in april in onze tuin heb gespot, wat hun waardplanten zijn en waar ze hun nectar vandaan halen heb jij ook weer wat extra kennis op zak. Wil je meer vlinders in je tuin? Zorg dan dat je waardplanten en nectarplanten in je tuin hebt staan. Denk niet alleen aan de juiste planten, maar ook aan schuilplaatsen voor de winter en aan drinkmogelijkheden. Een simpel bakje met water met wat stenen op de bodem (die net boven het water uitsteken) is al heel fijn voor dorstige vlinders. In steeds meer kant-en-klare insectenhotels zie je ook een gedeelte speciaal voor vlinders. Als je zelf een insectenhotel gaat maken kun je voor de vlinder een fijne plek maken door iets met kieren en spleten te maken. Op internet zijn talloze voorbeelden te vinden. Eerder heb ik ook al een blog geschreven over het aantrekken van dieren in je tuin, daar vind je nog meer tips!
Ben je door dit bericht nog meer enthousiast geworden over de vlinder en wil je nog veel meer weten? Dan wil ik je echt aanraden om rond te gaan snuffelen op de website van de Vlinderstichting. Naast het actuele nieuws over de vlinders in Nederland vind je hier ook alle informatie per vlindersoort en over tips voor de beste vlinderplanten.

Ik hoop dit jaar nog veel meer soorten vlinders aan te treffen in onze tuin. Het vlinderjaar is in ieder geval al goed begonnen!